Subtekst#9

Man en vrouw kijken naar het journaal

Man:     Hij draagt altijd zo’n donkere das.

Vrouw:  Wie?

Man:     Rutte. Trouwens, dat doen ze allemaal, die Hugo ook, al die ministers. Zwart, donkerblauw. Weinig kleurrijk.

De vrouw reageert niet

Man:     Wat vind je daarvan?

Vrouw:  Ik probeer te luisteren naar wat ze zeggen.

Man:     Ze zeggen elke keer hetzelfde. Die dassen. Die zo somber zijn. Wat vind je?

Vrouw:  Dat is toch niet erg?

Man:     Vind ik wel. Ik bedoel, je kunt toch een keer iets met groen of rood doen? Een streepje.

Vrouw:  Misschien dragen ze sombere dassen omdat het sombere tijden zijn.

Man:     Stippeltjes kan ook. Het is toch belangrijk? Dat ze daar eens over nadenken?

Vrouw:  Ze hebben andere dingen aan hun hoofd.

De vrouw reageert niet, ze kijken.

Man:     Ik vind het weinig creatief.

Vrouw:  Als ze maar creatief zijn met het oplossen van de crisis. Kunnen we nu weer kijken?

Ze kijken

Man:     Het gaat me eigenlijk ook niet om die dassen.

Vrouw reageert niet

Man:     Het gaat me erom dat je zegt: ‘Je hebt gelijk.’

Vrouw:  Wat?

Man:     Dat ik gelijk heb. Van die dassen.

Vrouw:  Dit is toch allemaal niet belangrijk? We kunnen maar zes mensen uitnodigen voor mijn verjaardag! Wat kan mij de kleur van die dassen schelen?

Man:     Ik was er al lang over opgehouden als je had gezegd: ‘Jee, je hebt gelijk, wèèr die donkere dassen.’ En dan kunnen we luisteren naar wat ze zeggen.

Vrouw:  Wil je dat echt?

Man:     Ik zou er erg mee geholpen zijn.

De vrouw zucht diep. Stilte.

Vrouw:  ‘God, hij heeft weer zo’n donkere das aan. En die ander ook. Poeh, poeh, wat donker. En somber en blauw. Allebei trouwens, zie je dat, nou, nou, wat zijn ze ontzettend blauw.’

Man:     Donkerblauw. Dank je wel. Nu kunnen we rustig kijken.

Vrouw kijkt weer aandachtig naar het journaal

Man:     Toch fijn dat we hetzelfde over dingen denken?

Vrouw:  Heel fijn.

Man:     Als ik het over die dassen heb, heb ik het eigenlijk over hoe goed we bij elkaar passen. Dat we elkaar aanvoelen, op dezelfde golflengte zitten.

Vrouw:  Ja, schat, heel fijn.

Stilte

Vrouw: Ik weet wat me te doen staat bij de volgende persconferentie.

Man:     Lief van je.

Vrouw:  Die luister ik op de radio.

Einde